Dit artikel uit de serie “Dit zijn de belangrijkste contracten in de muziek” gaat over platencontracten. Hoe zien die eruit? Waar moet je op letten?
Wat is een platencontract?
Een platencontract is een contract tussen een of meerdere artiesten en een platenmaatschappij (ook wel label genoemd) om muziekopnames te (laten) verkopen. Het gaat daarbij uitdrukkelijk niet om de (auteurs-)rechten op (het gebruik van) de tekst of compositie van die muziek, maar om de (“naburige”-) rechten op de opname van de uitvoering daarvan. Zie voor de rechten op de tekst en compositie onze andere blogs over muziekrechten en publishingovereenkomsten.
In een typisch platencontract maken de partijen meestal afspraken over om wat voor en hoeveel opnames of albums het gaat, wat het budget is dat het label ter beschikking stelt voor de productie en/of promotie, of de artiest tijdens de afgesproken periode exclusief mag meewerken aan opnames voor het label (of ook voor andere labels), wat het label doet met de opnames (denk aan promotie en exploitatie), en hoe de opbrengsten uit de verkoop worden verdeeld (royalty’s).
Platencontracten bestaan in verschillende vormen. Zo kunnen platencontracten voor een specifiek nummer worden overeengekomen, of bijvoorbeeld voor meerdere albums. Platencontracten kunnen daarnaast betrekking hebben op opnames die (eventueel op kosten van het label) nog moeten worden gemaakt, terwijl het ook voorkomt dat de opnames al gemaakt zijn (bijvoorbeeld door de artiest zelf). En zo zijn er nog tal van variaties mogelijk. In deze blog zullen we een aantal punten bespreken die in de meeste platencontracten voorkomen.
Royalty’s
In een typisch platencontract ontvangt de artiest een percentage van de opbrengsten uit de verkoop (“royalty’s”). Dat percentage wordt vaak berekend over de price published to dealer (“PPD”), wat wil zeggen: de prijs die winkels (waaronder ook iTunes en dergelijke) betalen voor de inkoop van de muziek (om die vervolgens aan hun klanten te verkopen). Van die opbrengsten wordt vaak eerst een percentage afgetrokken om de kosten van het label (zoals productie- en verpakkingskosten) te dekken. Voor de artiest is het daarbij natuurlijk belangrijk om een kostenaftrek af te spreken die in verhouding staat tot de in werkelijkheid te maken kosten.
Op het restant daarvan krijgen artiesten doorgaans vervolgens een percentage, dat vaak rond 15% ligt. Dat percentage kan lager zijn als er van de PPD niet eerst kosten zijn afgetrokken. Op dat (“basis”-) percentage wordt vervolgens meestal een korting toegepast voor specifieke verkoopmethodes. Die kortingen worden bijvoorbeeld toegepast wanneer albums als mid-price of budget worden verkocht, of als ze worden verkocht in territoria waar de distributiekosten hoger zijn.
Het aandeel van de artiest in de opbrengsten kan van geval tot geval verschillen. Zo kan het zijn dat dit percentage hoger wordt als het label niet hoeft te investeren in de opname als de artiest die opnamen al heeft gemaakt. Ook het succes dat de artiest al heeft gehad kan natuurlijk van invloed zijn op het percentage dat de artiest ontvangt. Hoe succesvoller de artiest, de te meer deze te zeggen heeft natuurlijk. En hoe lager het risico van het label is uiteraard.
Royalty’s worden meestal verdeeld tussen de artiesten die aan de release hebben bijgedragen. Dat betekent in het geval van een band bijvoorbeeld dat de royalty’s meestal tussen de leden ervan verdeeld worden. Natuurlijk is het vaak zo dat hoe belangrijker een artiest binnen zijn groep is, des te hoger het aandeel in de royalty’s is dat hij kan afspreken.
Voorschot
Net als in het geval van publishingovereenkomsten met muziekauteurs, wordt in platencontracten vaak afgesproken dat het label de artiest een voorschot geeft op de royalty’s. Zo’n voorschot is fijn voor de artiest, omdat hij er zeker van is dat hij een bepaald bedrag aan royalty’s (het voorschot) ontvangt, terwijl het niet zeker te zeggen is of de release überhaupt wat gaat opleveren.
Het label mag dat voorschot vervolgens verrekenen met de royalty’s die hij later aan de artiest verschuldigd zal zijn. Voor de artiest is het daarbij van belang om af te spreken dat hij het voorschot niet terug hoeft te betalen als het label het voorschot toch niet terugverdient. Dat heet ook wel een verrekenbaar (of “recoupable”), maar niet-terugvorderbaar voorschot.
Of een artiest een voorschot kan afdwingen, heeft ook te maken met de vraag hoe succesvol hij is en of het label verwacht dat de release genoeg zal opleveren. Voor de labels bestaat er anders uiteraard ook een te groot risico dat ze het betaalde voorschot niet zullen terugverdienen.
Sena
Sena is een organisatie die vergoedingen int voor de openbaarmaking van opnames, vergelijkbaar met Buma dat vergoedingen int voor de openbaarmaking van muziekteksten en composities.
Sena verdeelt de opbrengsten tussen artiesten en “fonogrammenproducenten”. Omdat de fonogrammenproducent in principe 50% van de Sena-opbrengsten ontvangt, is het belangrijk om vast te stellen wie als fonogrammenproducent wordt aangemerkt. Een “fonogrammenproducent” is in beginsel degene die het maken van de opnamen financiert en daarvoor het financiële risico draagt. Het komt echter voor dat een artiest met een derde (bijvoorbeeld met een label) afspreekt dat die derde zich “fonogrammenproducent” van de opname mag noemen en dat zo aan Sena mag melden, terwijl dat feitelijk onjuist is. Doel daarvan is dat die “fonogrammenproducent” vervolgens een aandeel in de Sena-opbrengsten ontvangt.
360-graden en 180-graden deals
Zoals gezegd gaat het bij zuivere platencontracten doorgaans alleen om de rechten op (opnames van) uitvoeringen van muziek, en niet om het gebruik van de compositie of tekst die de basis daarvan zijn.
Het komt echter vaak voor dat bij een platendeal niet alleen afspraken over de opnamen worden gemaakt, maar bijvoorbeeld ook over rechten op (opbrengsten uit) tekst of compositie, optredens, merchandising, etc. Daarbij wordt vaak afgesproken dat de artiest niet alleen een platendeal maakt met het label, maar ook een publishing-deal met de publisherdie aan dat label verbonden is en met het managementbureau dat daaraan verbonden is. Dat wordt ook wel een 180- of 360-gradendeal genoemd, afhankelijk van de mate waarin de taken en opbrengsten gedeeld worden.
Het is voor de artiest belangrijk om er kritisch op te zijn dat de contractspartij in alle hoedanigheden (of dat nu als label of bijvoorbeeld publisher, manager of concertorganisator) doet wat hij moet doen en de belangen van de artiest (en niet alleen zijn eigen belangen) in acht neemt. Zie daarover meer in ons blog over publishingovereenkomsten.
Platencontracten kunnen soms best ingewikkeld zijn. Het is daarom voor zowel artiesten als voor labels belangrijk om de afspraken goed op papier te zetten. Laat je daarbij goed adviseren. Al was het maar om te voorkomen dat je als artiest jarenlang vast zit aan een oneerlijk contract, of dat je als label afspraken hebt gemaakt die achteraf worden teruggedraaid.